
III. De man met de baard
Gepubliceerd op 16 februari 2023
“Soms is het goed om eropuit te gaan zonder te weten waarheen.”
– James Norbury
Pieve d’Alpago, juni 2022.
Ken je dat, dat je wakker wordt en direct met het verkeerde been uit bed stapt? Alleen stap ik niet uit bed, ik blijf er in liggen. Met een schuldgevoel vliegt de ochtend aan me voorbij. Honger en niks in huis. Waar ik het eerst grappig en iets aandoenlijks vond hebben dat ik na drie weken er nog steeds geen pijl op kon trekken wanneer het kleine supermarktje in het dorp open was, zie ik de humor er nu niet van in. “Je gaat maar gewoon de deur uit en ziet maar wat je doet” zucht ik tegen mezelf.
Ik passeer de drie tentjes beneden aan het meer. De menu’s zijn beperkt en ondertussen ken ik het wel. “Laat maar” denk ik terwijl ik me omkeer om weg te gaan. Dan valt mijn blik op een bord verderop langs de weg. Een verwijzing naar een restaurant, hoe kan ik dat tot nu toe gemist hebben? Het voelt als een cadeautje voor mijn rammelende maag en een opzetje naar een vrolijker humeur.
Het restaurant ziet er chique uit. Ik neem plaats in het zonnetje en de ober komt aangesneld met de ijskaart. Ik vraag of ik in plaats daarvan de volledige menukaart mag en word gretig wanneer ik het uitgebreide menu vol antipasti’s, primi piatti’s en secondi piatti’s zie. Mijn één-na-laatste dag in Italië, dat mag gevierd worden met een uitgebreide…
“Nee dit meen je niet”, schiet er door mijn hoofd. Mijn handen zoeken druk mijn tas door maar ik kan geen portemonnee vinden en kom niet verder dan een los briefje van 10 euro. “What would you like to order?” vraagt de ober. Vluchtig bekijk ik de prijzen op de kaart. Helaas, het goedkoopste gerecht begint bij 12 euro. Lekker gênant dit. De ober heeft een verwarde uitdrukking op zijn gezicht wanneer ik aan geef toch de ijskaart te willen. Geen van de gelato spreekt me aan, niet zo gek als je honger en behoefte aan een echte maaltijd hebt.
Wanneer ik op kijk van de kaart, word ik begroet door een lief en lachend gezicht. Een gezicht waarvan de linkerhelft netjes geschoren is en aan de rechterhelft een lange baard naar beneden krult. Ik bewonder de perfecte krul van zijn baard. Net een tovenaarsbaard, tot aan zijn buik. Hij heeft een bijpassend gewaad aan wat ook uit twee helften bestaat, een paarse en een blauwe. Hij is met Seda aan het spelen en vraagt hoe ze heet. We raken aan de praat en hij vertelt dat zijn halve baard symbool staat voor de dualiteit van het leven. Waar twee tegengestelde samen een geheel zijn en dus beide essentieel en waardevol. Er is geen licht zonder donker. Er is geen “dag” zonder de overgang tussen licht en donker. Net zoals het leven en de dood. Je kunt niet levend zijn als er geen dood bestaat, “everything is on a continuüm and has a complementary opposite within the whole”. Een mooi inzicht, als iets samen bijdraagt aan een geheel dan is het één niet beter of slechter dan het ander.
Hij vraagt waarom ik de ijskaart vastheb terwijl hij mij om de menukaart had horen vragen. Ik verbaas me over zijn oplettendheid en vertel dat ik niet genoeg geld bij me heb. Hij verdwijnt het restaurant in en komt weer terug met het volledige menu. Ik trakteer zegt hij. Ik overweeg tegen te stribbelen maar voel aan alles dat het van meer respect getuigd om zijn oprechte aanbod dankbaar aan te nemen. Dat doe ik, met het idee om bescheiden een anti-pasti te bestellen. Dat gaat er niet in. “Take this moment as yours to enjoy and one day I know that you will do the same for another” zegt hij. Wat een lieverd. Mijn maag is hem extra dankbaar. En hee, zonder honger kan je niet zó intens van een maaltijd genieten: Lang leve de dualiteit.
Terwijl ik op mijn antipasti, primi en secondi zit te wachten kletsen we een tijdje over het leven. Ik vertel hem over mijn nieuwe inzichten en over mijn onrust nu ik bijna naar huis ga. Dat ik me afvraag of het lukt om bij mezelf te blijven als ik weer in Nederland ben en ik de verwachtingen of meningen van anderen ga voelen. Met zijn kalme uitstraling en lieve gezicht begint hij te vertellen: “Als kinderen en tieners hebben we de groep nodig om te overleven, daarom zijn we biologisch ingesteld om ons aan te passen aan de verwachtingen zodat we niet uitgestoten worden. Nu ben je volwassen, je hebt de groep niet meer nodig. Laat ze los, het is tijd om op jezelf te vertrouwen.”. Ik koester de wijze woorden van de vriendelijke tovenaar.
Het eerste gerecht wordt geserveerd en hij staat op. Hij laat me alleen zodat ik in alle rust van het eten kan genieten. Voordat hij weg loopt draait hij zich nog één keer om en deelt zijn laatste wijsheid: “Continue to travel by yourself, it will lead you to your greatest truths”. Die woorden blijf ik nog lang bij me dragen.
Terwijl ik van het eten geniet, verwonder ik me over de onverwachte wendingen die de dag heeft gebracht. Ik ben blij dat ik mezelf de deur uit had gekregen, al wist ik niet waar naartoe. Los van de heerlijke maaltijd, heb ik antwoorden en rijke inzichten gekregen op mijn onrust. Een lieve tovenaar die op mijn pad kwam, dat is toch wel heel bijzonder. Ik blijf hem dankbaar, voor zijn wijze woorden en zijn compassie.
Doe gewoon íéts, dan kan het leven je verrassen.